Een standaard aanpak voor het uitwisselen van onderzoeksinformatie

Geïnteresseerd in het meest "juicy" onderwerp binnen het onderzoeksdomein? Dan heb ik het uiteraard over metadata! Hier lees je meer over de aanpak van de metadata werkgroep voor praktijkgericht onderzoek. 

In een wereld waar informatie de sleutel is tot innovatie en samenwerking, is het essentieel dat instellingen en organisaties effectief kunnen communiceren en gegevens kunnen uitwisselen. Dit geldt in het bijzonder voor onderzoeksinstellingen, die vaak te maken hebben met complexe informatiebehoeften en gegevensuitwisseling. In dit blog beschrijven we de aanpak van de metadata werkgroep binnen het project ‘Onderzoeksinformatie in het hbo’ waarin we tot afspraken en standaarden komen voor het uitwisselen van informatie over praktijkgericht onderzoek.

**Waarom is dit belangrijk?**

Het is geen geheim dat veel hogescholen nog steeds worstelen met het gebrek aan een Research Information System (RIS) oplossing. Het ontbreken van uniforme afspraken en standaarden maakt het moeilijk om informatie intern en extern te delen. Dit belemmert de efficiëntie en effectiviteit van onderzoek en samenwerking. Een eerste stap die deze werkgroep op zich neemt, is het maken van afspraken rondom standaarden. Hiermee wordt de implementatie van RIS-oplossingen ondersteund en de interoperabiliteit bevorderd.

Naast het ontbreken van standaarden om onderzoeksinformatie vast te leggen is ook het nastreven van open standaarden een belangrijk uitgangspunt. Door digitalisering worden we steeds afhankelijker van leveranciers van technologie en lopen we het risico op vendor-lock-ins. Dit houdt in dat we de informatie niet makkelijk uit een systeem kunnen halen om het uit te wisselen met andere systemen of om het bij een alternatieve leverancier neer te zetten. Open standaarden zijn laagdrempelig beschikbaar en toegankelijk voor iedereen en bevorderen daardoor interoperabiliteit. Lees hier meer over het belang van open standaarden.

**Wat is de scope?**

De focus ligt initieel op “Zichtbaarheid in Publinova”, waarbij we kijken naar de volgende vier entiteiten: Person (Persoon), Organization (Partij/Organisatie), Project (Project), en Product (Output). Door gegevens over deze entiteiten op een eenduidige manier vast te leggen en uit te wisselen wordt er in de behoefte voorzien om inzage te krijgen welke onderzoeksprojecten er lopen, wat deze hebben opgeleverd en wie erbij betrokken waren. Daarbij gaat het zowel om onderzoek dat al is uitgevoerd, lopende projecten, en onderzoek dat nog op de planning staat. Door deze kennis over onderzoek met elkaar te delen zijn we beter in staat om het ontwikkelen van nieuwe kennis uit praktijkgericht onderzoek te organiseren. In eerste instantie ligt de nadruk dan ook op publieke metadata, waardoor essentiële informatie voor samenwerking en onderzoek toegankelijk wordt.

**De Aanpak**

De metadata werkgroep is gestart in juni en zal in november de eerste resultaten presenteren. In deze periode worden de entiteiten geprioriteerd en één voor één uitgewerkt. Op dit moment worden de entiteiten persoon en partij uitgewerkt.

Voor elke entiteit wordt een verkenning gedaan naar de 'state-of-the-art', waaronder standaarden en toepassingen binnen het wetenschappelijk onderzoek en hoe andere (inter)nationale platforms deze entiteiten uitdrukken (o.a., OpenAIRE, research.fi (Finland), researchportal.be (België)). Daarnaast wordt de huidige situatie bij de instellingen geanalyseerd, inclusief bestaande systemen en infrastructuren. Het CERIF datamodel (Common European Research Information Format) wordt gebruikt als fundament voor de afspraken die we maken voor de vier entiteiten.

De werkgroep brengt advies uit voor een kernstructuur die door elke partij kan worden geïmplementeerd, met extensies voor instelling- of toepassingspecifieke behoeften waar dat nodig is. Daarnaast streeft de werkgroep ook naar een goede aansluiting op Persistent Identifiers (PIDs) om de unieke identificatie en uitwisseling van informatie te vergemakkelijken. Er zal dus ook advies worden uitgebracht over welke PIDs gebruikt kunnen worden.

Dit plan van aanpak benadrukt de behoefte aan afspraken en standaarden in het onderzoeksdomein. De werkgroep heeft een pragmatische aanpak om geleidelijk de interoperabiliteit van informatie over praktijkgericht onderzoek te vergroten, waardoor het de weg vrijmaakt voor meer efficiënte samenwerking en innovatie. Het bottom-up, participatieve karakter ervan belooft een solide basis te leggen voor de toekomst van RIS-oplossingen in de wereld van praktijkgericht onderzoek.

Auteur

Reacties

Dit artikel heeft 0 reacties