Collaborative Trust Framework: zelfregulatie om publieke waarden te bevorderen

Publieke waarden moet je doen. We praten er nu nog veel over en dat is heel belangrijk. Maar daar moet het natuurlijk niet bij blijven. Het thema van de SURF Onderwijsdagen 2022 die ik bezocht, is Daadkracht. Met andere woorden: in hoeverre doen we inmiddels aan publieke waarden. In deze blog: het Collaborative Trust Framework.

Positieve bijdrage aan het onderwijs

Ik was bij de sessie van Ewoud de Kok (oprichter en CEO van Feedbackfruits) en Cees Plug (IT-directeur bij Inholland). Zij zijn oprichter en voorvechters van het Collaborative Trust Framework (CTF). Dat is een set principes voor EdTech-ondernemers (met name startups en scale-ups) waarin betrouwbaarheid en vertrouwen centraal staan. Onderschrijven de EdTech-ondernemers de principes van het CTF en handelen ze er ook naar, dan bouwen deze ondernemers aan een duurzaam, betrouwbaar bedrijfsmodel waarmee ze een positieve bijdrage leveren aan het onderwijs.

Gelijkwaardigheid

Cees Plug legt uit dat het CTF is ontstaan uit de wens om de samenwerking tussen private en publieke partijen te verbeteren. “We zoeken met het CTF naar balans en gelijkwaardigheid tussen het perspectief van klant en van leverancier bij het ontwikkelen van ict-oplossingen. We zijn daarbij uitgegaan van een aantal basiswaarden, zoals autonomie voor studenten en docenten, denken in ecosystemen en betrouwbaar ontwerpen. Van daaruit hebben we een aantal principes voor het ontwikkelen van ict-oplossingen gedefinieerd.”

Architectuur opnieuw opgebouwd

Ewoud heeft zelf als startup te maken gehad met de verhouding tussen markt en onderwijs: “In 2013 wilden we met Feedbackfruits aansluiten op SURFconext. Daarvoor moesten we aan zoveel privacy- en securityeisen voldoen dat we onze hele architectuur opnieuw hebben opgebouwd. Dat was veel werk, maar het zorgde er wel voor dat we later veel beter voorbereid waren op ontwikkelingen zoals de AVG.” Het CTF wil deze uitgangspositie mogelijk maken voor huidige startups en scale-ups, juist door private en publieke partijen bij elkaar te brengen en met elkaar in gesprek te laten gaan.

Designprincipes en convenant

Het CTF bestaat uit twee componenten:

  • De eerdergenoemde designprincipes, die EdTech-ondernemers kunnen gebruiken bij het ontwerpen en aanbieden van hun dienst. Zoals het principe dat ze modulair bouwen en dus niet aan koppelverkoop doet (als je dit bij mij afneemt moet je ook dat afnemen). Of het principe dat ze geen advertenties gaan toevoegen aan hun product.
  • Een convenant dat EdTech-ondernemers kunnen toevoegen aan een overeenkomst met een klant, waarin de ondernemer verklaart publieke waarden te onderschrijven, en ernaar te handelen in de bedrijfsvoering. Dit kan belangrijk zijn wanneer niet meer de oprichter van de onderneming aan het roer staat, maar bijvoorbeeld investeerders. Met dit charter beschermt de ondernemer het bedrijf tegen handelen in strijd met publieke waarden.

Betere relatie tussen onderwijs en EdTech

De initiatiefnemers hopen dat de relatie tussen onderwijsinstellingen en EdTech-ondernemers door het CTF zal verbeteren. Ewoud: “Die relatie is nu vaak nog gespannen, onder andere doordat een aantal EdTech-bedrijven in het verleden niet ethisch gehandeld hebben. Met het CTF laten we zien dat het ook anders kan. Het is een vorm van zelfregulering die aanspreekt, en nodig is.”

Idealisme

Na de sessie over CTF praatte ik nog door met Jeroen Fransen, van EdTech-bedrijf Revisely/YouGradeIt. Hij is ook betrokken bij de ontwikkeling van het CTF. Hoe spelen publieke waarden een rol in zijn werk? "Ik kan wel beginnen met te zeggen: als je een startup begint met het doel om veel geld te verdienen, dan kun je beter in FinTech gaan werken. Bij EdTech-startups speelt een zeker idealisme altijd wel een rol. Dit betekent in ons geval onder andere dat we publieke waarden (mede) leidend laten zijn in onze bedrijfsvoering.”

Kansengelijkheid voor leerlingen

Jeroen wil met zijn startup werken aan kansengelijkheid voor leerlingen door de werkdruk van docenten te verlichten. Revisely is een applicatie waarmee docenten makkelijker kunnen nakijken. Op die manier brengt hij de publieke waarde kansengelijkheid in de praktijk: niet alleen op een kleine dorpsschool, maar ook in grote klassen in de stad houdt de docent tijd over voor de leerlingen zelf. Maar daarbij houdt het niet op. “We willen ook in onze bedrijfsvoering het juiste doen en dat levert soms dilemma’s op”, aldus Jeroen.

Investering afgewezen

“Je zou natuurlijk kunnen zeggen: als je je activiteit zo belangrijk vindt voor de publieke zaak, breng die dan onder in een stichting of een organisatie als SURF. Maar dat geeft geen garantie op succes: je wordt dan een project met een tijdelijke financiering. En daarna is het risico groot dat je de activiteit moet stoppen. Ik denk daarom dat een commerciële benadering de juiste is. Dan moet je dus wel op zoek naar investeringen en ook daar komen publieke waarden bij kijken. Ik heb wel eens - met pijn in mijn hart - een investeerder af moeten wijzen omdat diens waarden niet overeenkwamen met de onze.”

Onderhandelingspositie

Juist daarom is Jeroen zo blij met het CTF. "Het CTF is nog niet volwassen maar daar wordt hard aan gewerkt en dat vind ik ook heel belangrijk." Met het CTF hebben startups in EdTech een sterkere onderhandelingspositie: je weet dat een hele community je steunt. "Uiteraard weet je dan nog niet altijd of je een opdracht of een investering krijgt, maar het helpt wel”, aldus Jeroen. Een van de principes uit het CTF is dat je niet exclusief werkt voor opdrachtgevers. "Maar dat willen opdrachtgevers soms wel. Met het CTF kun je als ondernemer dan beter motiveren waarom je dat niet wilt."

Meer blogs over publieke waarden op de SURF Onderwijsdagen

Auteur

Reacties

Dit artikel heeft 0 reacties