Tot maart dit jaar werkte Nina zelf nog als docent biomedische wetenschappen en gebruikte graag activerende lesvormen. Klassieke onderwijsopstellingen met rijen stoelen achter elkaar zijn daarvoor niet geschikt. De manier waarop onderwijsruimtes zijn ingericht, heeft invloed op het leereffect, weet ze uit de onderzoeksliteratuur. “Zo heeft bijvoorbeeld je plaats in het lokaal effect op hoeveel je leert. Helaas is het overgrote deel van de lokalen nog ingericht met log meubilair dat je niet makkelijk even verplaatst als je een activerende onderwijsvorm wilt inzetten.”
Mobiel en flexibel meubilair
Het plan voor het herinrichten van de drie lokalen is gebaseerd op onderzoek van een docent die veel activerende lesvormen gebruikt en studenten vroeg naar hun wensen. Hieruit kwamen diverse wensen, die bij het herinrichten van de lokalen zoveel mogelijk zijn gerealiseerd, vertelt Nina. “De studenten moeten goed in groepjes kunnen werken. Ieder groepje moet beschikken over een groot computerscherm waarop ze een laptop kunnen aansluiten. Het meubilair moet snel, makkelijk en zonder veel herrie verplaatsbaar zijn. En studenten willen zowel kunnen zitten als staan aan de groepstafels.”
Literatuuronderzoek Active Learning Spaces
Nina liet zich bij het herinrichten ook inspireren door literatuuronderzoek dat het Centre for Academic Teaching and Learning van de Universiteit Utrecht in 2024 liet doen om informatie te verzamelen voor het ontwerpen en inrichten van Active Learning Spaces. Het op basis daarvan geschreven rapport “Designing Active Learning Spaces: what to consider?” benadrukt dat goed ontworpen Active Learning Spaces noodzakelijk zijn om activerende werkvormen te faciliteren, en zo het leren te bevorderen. Mobiele en flexibele meubilairopstellingen zijn van belang voor het bevorderen van samenwerking en interactie, zo blijkt uit het literatuuronderzoek.
Standaard groepswerkopstelling
In de drie heringerichte lokalen is nu standaard een opstelling voor groepswerk. De tafels en stoelen staan in groepjes, maar zijn makkelijk te verplaatsen voor andere werkvormen, zoals een debat. Nina: “De meubels zijn licht en de groepstafels inklapbaar of elektrisch in hoogte verstelbaar. Omdat studenten het lawaai van schuivende stoelen vervelend vinden, hebben we gekozen voor bureaustoelen met wielen die speciaal ontworpen zijn voor een actieve zit. Die maken geen lawaai maar helaas vinden studenten die niet comfortabel om lang in te zitten. We zijn dus blij dat we ook andere types stoelen en comfortabele bankjes hebben gekozen.”
Verrijdbare whiteboards
In elk lokaal staan verschillende verrijdbare whiteboards. Voor elk groepje is er een whiteboard. “Dit zorgt voor meer betrokkenheid en stimuleert samenwerking”, weet Nina. Aan de achterkant van de whiteboards zit vilt, zodat ze kunnen dienen als prikbord en het geluid dempen. In een van de drie lokalen zijn er computerschermen aan de muur gerealiseerd; in de andere twee nog niet. De groepstafels zijn in hoogte verstelbaar zodat studenten kunnen zitten of staan. Verder zijn de muren fris geschilderd en planten neergezet. In combinatie met de bankjes creëert dit een informele en inspirerende sfeer.
Invloed van inrichting op studentenbetrokkenheid
De inrichting van deze drie projecten is een pilot, die uitgebreid geëvalueerd wordt, aldus Nina: “We evalueren hoe de inrichting van de ruimtes de betrokkenheid van studenten beïnvloedt; en wat de studenten en docenten wel en niet fijn vinden aan de inrichting. Daarnaast onderzoeken we of flexibele onderwijsruimtes docenten helpen bij het experimenteren met activerende werkvormen.”
“We hebben voor de zomer gevraagd welke docenten graag gebruik willen maken van die activerende faciliteiten, en hun onderwijs zoveel mogelijk in de drie heringerichte zalen laten inroosteren. We doen focusgroep-interviews met deze docenten en hun studenten. Ook vragen we hun studenten om een vragenlijst in te vullen. We leggen docenten vooraf uit wat er allemaal mogelijk is in het lokaal. Achteraf vragen we wat ze anders hebben gedaan dan normaal.”
Studentenfeedback via smileys
In de heringerichte zalen komen ook veel andere studenten en docenten. Om die ook naar hun mening te vragen, staat er een klanttevredenheid smiley-zuil bij de uitgang van het lokaal. Studenten kunnen met een smiley hun mening geven, en in een lijst de reden aanvinken waarom ze blij of niet blij zijn.
De pilot en de evaluatie lopen nog, maar er zijn wel al wat eerste inzichten, zegt Nina. “Studenten zijn overwegend positief. Ze vertellen dat ze in groepjes werken hen activeert en samenwerking stimuleert. De bureaustoelen met actieve zit vinden ze voor de colleges niet comfortabel. De bankjes vinden ze heel leuk. Docenten zeggen dat het in deze lokalen veel makkelijker is om studenten in groepjes te laten werken. Ze vinden het fijn dat ze kunnen rondlopen en zijn enthousiast over de verrijdbare whiteboards.”
Workshops activerend onderwijs
De uitkomsten van de pilot (die in het tweede semester verdergaat) worden ook gebruikt bij het inrichten van het nieuwe gebouw LabQ dat in 2028 opent. Daar wil FNWI meer activerende onderwijsruimtes maken. De komende tijd ligt de focus op het bewust maken van docenten dat deze drie zalen voor activerend onderwijs er zijn én hoe ze die zalen kunnen gebruiken voor activerend onderwijs.
Docenten voorbereiden op nieuw gebouw
Nina: “We willen docenten goed voorbereiden op het nieuwe gebouw. We denken erover om op basis van de ervaringen in de pilot een toolkit te maken over activerende werkvormen en activerende onderwijsruimtes. Omdat niet alle ruimtes opnieuw ingericht (kunnen) worden, spelen we ook met het idee om een toolkit met handige materialen (denk aan whiteboards en kraskaarten) te maken voor activerend onderwijs in traditionele onderwijsruimtes.”
Nina en haar collega’s gaan workshops geven over hoe docenten de zalen kunnen gebruiken voor activerend onderwijs en om uit te vinden waaraan docenten behoefte hebben. “Met dit soort ondersteuning willen we docenten inspireren en hopen we dat ze ook elkaar gaan inspireren.”
0 Praat mee