Franka van de Wijdeven
Als communicatieadviseur bij het Expertisecentrum Inclusief Onderwijs… Meer over Franka van de Wijdeven
Manon Driessen, een student vol toekomstplannen, werd op latere leeftijd gediagnosticeerd en geopereerd aan een goedaardige hersentumor. Met haar verhaal geeft ze een inkijkje in haar belemmeringen die haar echter niet beperkten tot het behalen van het Bachelorsdiploma. Met doorzettingsvermogen en positiviteit volgt ze nu een tweede universitaire opleiding. Een verhaal met do’s en dont’s voor zowel studenten met een ondersteuningsbehoefte als professionals die deze studenten tijdens hun studieproces begeleiden.
“Al tijdens de middelbareschooltijd had ik veel last van intense hoofdpijn. Met herhaaldelijke medische afwijzing en zware medicatie werd deze klacht bestempeld als chronische hoofdpijn. Ik kon niets anders doen dan het te accepteren. Later begon ik aan mijn studie aan de universiteit. Alles ging voorspoedig en mijn resultaten waren goed, ondanks de nog steeds continue hoofdpijn. Uiteindelijk werd na vijf jaar een goedaardige hersentumor ontdekt, waaraan ik met spoed werd geopereerd.
Van zelfstandig wonend, een overvolle agenda vol sociale activiteiten en wilde toekomstplannen, ging ik als NAH-patiënt terug naar mijn ouders met een toekomst die ineens niet meer zo zeker was… Deprimerend hè? Zo heb ik het gelukkig nooit ervaren. Vol goede moed en met de beste mensen om me heen begon ik aan een lang en uitdagend revalidatieproces. En… een jaar later zat ik weer terug in de schoolbanken.
Ik dacht, na het revalidatieproces, het zwaarste wel achter de rug te hebben. Maar wie hield ik daar eigenlijk mee voor de gek? Het re-integreren in de maatschappij viel me zoveel zwaarder. Niet alleen werd ik beperkt door mijn gezondheid, maar ook het weer oppakken van de dagelijkse taken en vooral het studeren, was enorm lastig. Mijn fijne motoriek aan de rechterzijde (dominante kant) was weg. Daarbij werd ik voortdurend geconfronteerd met prikkelovergevoeligheid, een verminderde concentratie en een laag energielevel. Zowel mentaal als fysiek moest ik voortdurend meerdere klappen incasseren. ‘Wat doe je jezelf aan!?’ hoor ik je denken. Een zeer begrijpelijke gedachte…
Maar voor mij was studeren geen must, het was gewoon een levensdoel. Ik had en heb er nog steeds alles voor over.
Er zijn ziektebeelden waarop een universiteit snel en makkelijk kan anticiperen. Maar zodra het afwijkt van de standaard, wordt het lastig. Accurate begeleiding heb ik erg gemist in die tijd. Ik moest overal zelf achteraan. Bijvoorbeeld voor het maken van tentamens moest ik steeds achter voorzieningen aan om het tentamen digitaal, met extra tijd en in een prikkelarme ruimte te kunnen maken. Deze ondersteunende voorzieningen stonden in mijn studentendossier. Maar de informatie kwam blijkbaar niet bij de juiste professoren en leraren terecht. Ook financieel was het erg vervelend. Vanwege mijn verminderd energieniveau kon ik slechts in deeltijd studeren en naast mijn studie ook niet werken.
Het studieproces was hier niet op ingericht. Dus, voor mijn gevoel, betaalde ik dubbel zoveel.
Op een gegeven moment ging een hoogleraar, die buiten mijn studietraject stond, mij begeleiden. Zij dacht met me mee over de studie-inhoud en zo kreeg ik vaker 1-op-1 college, prikkelarm, en werd ik geholpen met mijn stage- en tentamenplanningen. Mijn reddende engel. Én ik realiseerde me nu hoe belangrijk het plannen was geworden in mijn leven! Niet rennen, maar plannen. Iemand die je daarbij ondersteunt en op weg helpt is gewoon enorm belangrijk. Met slechts een jaar uitloop wist ik mijn Bachelor of Science te behalen. Echter, een master volgen bij deze studie zag ik niet meer zitten.
Via de Open Universiteit zet ik nu mijn studie voort. Ondanks dat dit veel discipline vraagt, kost het mij minder energie en heb ik geen last meer van overprikkeling door bijvoorbeeld veel contacturen. Daarbij kan ik in eigen tempo studeren. Voor mensen die hierbij hulp nodig hebben, is er een persoon die samen met jou een studieplan opzet.
Met een klik en inlogcode kom ik via de website bij mijn eigen gegevens: de cursussen waarvoor ik me hebt aangemeld, per vak informatie over het verloop en het rooster met de geschatte tijd die je nodigt hebt bij ieder hoofdstuk. Dit is erg handig voor bij het plannen. Verder is er een zichtbare optie om op te klikken voor ‘studeren met beperking’ en een contactpersoon die je direct, via e-mail of telefoon, te woord staat. Met een online vragenlijst geef je je beperkingen aan en de voorzieningen die je nodig hebt. Ook een medische verklaring is verplicht. Na akkoord ontvang je een brief en zijn de extra ondersteuningsvoorzieningen voor de komende drie jaar geregeld. Omdat ik niet meer word geconfronteerd met wat ik wel en niet allemaal nodig heb om mijn doel te bereiken, kan ik me nu puur focussen op mijn kwaliteiten. In mijn geval is het super efficiënt en fijn!
Op de OU is het erg formeel en is er nauwelijks face-to-face contact met leraren of medestudenten. Het is een beetje onpersoonlijk. Voor iemand van 24 jaar is dat natuurlijk wel een dingetje… sociale contacten en mensen leren kennen mis ik wel. Met de coronamaatregelen moet nu iedere student meer online doen en is er meer lesmateriaal online toegankelijk. Hierdoor kan ik toch af en toe onder leeftijdsgenoten zijn en me niet meer 24/7 anders voelen.
Het zijn zeker extra uitdagingen die ik heb, maar deze heb ik nog geen moment als een ‘beperking’ ervaren. Dat klinkt te negatief voor mij, haha."
Manon Driessen is een pseudoniem, haar echte naam is bij de redactie bekend.
We spraken ook Cleo Merckx, ze is studieadviseur en de centrale contactpersoon voor studenten met een beperking en extra ondersteunignsvraag aan de Open Universiteit (OU). Tijdens het interview vertelt Cleo over het onderwijsaanbod, dat met online deeltijdopleidingen en veel flexibiliteit voor studenten, al redelijk inclusief is.
Als communicatieadviseur bij het Expertisecentrum Inclusief Onderwijs… Meer over Franka van de Wijdeven
0 Praat mee