Terugblik op OEGlobal 2020

Op maandag 23 november is vanuit de SIG Open Education, de Versnellingszone Naar digitale (open) leermaterialen, SURF en Kennisnet twee bijeenkomsten georganiseerd om terug te blikken op de conferentie OEGlobal 2020. Deze conferentie werd online gehouden van 16 t/m 20 november. De organisatoren van deze terugblik waren: Jan-Bart de Vreede, Kirsten Veelo, Martijn Ouwehand, Robert Schuwer, Lieke Rensink en Leontien van Rossum.

De eerste bijeenkomst was erop gericht om samen met deelnemers aan OEGlobal 2020 ervaringen uit te wisselen en de belangrijkste conclusies te delen. In de aansluitende bijeenkomst deelden we de belangrijkste bevindingen uit de conferentie voor alle geïnteresseerden en discussieerden we over mogelijke lessen voor Nederland. 

Hieronder volgen de zaken die ons opvielen en conclusies die we hebben getrokken, geordend naar thema’s.

1. Studentparticipatie

Dit jaar was studentparticipatie prominent in beeld als thema. Hierbij lag de focus op het activeren van studenten om als ambassadeur voor digitale open leermaterialen op te treden. In bredere zin viel het op dat een aantal sessies gericht waren op creëren van meer aandacht voor mogelijkheden om de adoptie van ‘open’ te bevorderen. Naast studentenparticipatie kwamen daarbij aan bod: inzet van influencers, mentorship programs en een workshop over hoe ‘open’ binnen je instelling te communiceren. Dit illustreert dat aandacht voor de adoptie van ‘open’ nog altijd nodig is: ‘open’ is nog altijd geen vanzelfsprekendheid.

2. Verduurzamen

Een aantal sessies richtte zich op de verduurzaming van vormen van open onderwijs binnen de instelling. Werken met multidisciplinaire teams vergroot daarbij de kans op succes. Ons viel op dat de verbinding tussen verschillende open werelden (open access, open education, etc.) meer werd gezocht, zoals in de keynote sessie op vrijdagochtend. Daar werd benadrukt dat deze verschillende open benaderingen van elkaar kunnen leren en elkaar kunnen ondersteunen bij het verder brengen van de open beweging. Binnen de Nederlandse context is in de afgelopen jaren al eens initiatief genomen om de mogelijkheden van die verbinding verder te onderzoeken (Robert Schuwer, 2018). Dit krijgt vanuit SURF en de Versnellingszone Naar digitale (open) leermaterialen in 2021 een navolging. 

3. Kansenongelijkheid vs inclusiviteit

Ondanks de hoge graad van toegang tot breedband internet is er in Nederland soms ook moeite met het toegang krijgen tot open materialen door gebrek aan middelen. De huidige periode van de COVID-19 crisis heeft dit mede zichtbaar gemaakt. Denk hier bijvoorbeeld aan een tekort van laptops, tablets of andere technische ondersteuningsmiddelen. Dit probleem treft in Nederland eerder het PO en VO dan het HO. Desondanks heeft OE Global ons wel doen beseffen dat we in Nederland een bevoorrechte positie hebben, aangezien de kansenongelijkheid in andere delen van de wereld vele malen groter is. De Open Education beweging heeft altijd als uitgangspunt gehad toegang tot onderwijs te vergroten, en constateert dat deze barrière (toegang tot informatie) nu nog zichtbaarder is geworden. 

4. Open pedagogy

Tijdens de conferentie is een aantal sessies voorbij gekomen waarin OE(R) meer verweven werd in onderwijsactiviteiten. Opvallend was dat vooral in Amerika en Canada daarbij veel aandacht uitgaat naar Open Textbooks, en het kostenargument veel aandacht blijft krijgen (niet wegnemend dat onderwijskundige meerwaarde ook wordt onderkend). Eén sessie wees op de risico’s die voor studenten kunnen ontstaan bij dergelijke didactische aanpakken wanneer onvoldoende aandacht wordt besteed aan creëren van een veilige online omgeving. Toepassen van principes van Universal Design of Learning bij ontwerpen van deze vormen van open onderwijs is een middel. Meer aandacht geven aan deze principes in Nederland is een aanbeveling die we meegeven.

5. MOOC

Ons viel op dat er relatief weinig aandacht was voor MOOC’s. Dat tekent de “volwassenheid” van dit type cursus/leermateriaal: het is de hype voorbij en is één van de instrumenten in de grote gereedschapskist die een docent/instelling tot zijn/haar beschikking heeft. De meeste presentaties over MOOC’s kwamen uit Azië. Onderwerpen daarbij waren een nationale infrastructuur voor MOOC’s (in India), aanpassen van MOOC’s aan de lokale context (taal en cultuur) en toekennen van micro-credentials aan MOOC’s.

6. Slimme technologie voor OER

In Nederland bestaat de wens voor het uitwisselen van leermaterialen in kleine eenheden (modulair), zodat hergebruik en met name remixen (samenstellen van content uit verschillende eenheden) eenvoudiger wordt. Tijdens OE Global werden LabXchange en Libretext gepresenteerd als mooie voorbeelden voor platformen ontworpen om (her)gebruiken van leermaterialen te ondersteunen. Functies zoals het maken van gepersonaliseerde mixes en deze te delen met studiegenoten of formeren van community’s of practices rond een vak, zijn daar voorbeelden van. Voor Nederland kunnen dit type platformen dienen als inspiratie voor de ontwikkelingen die bij SURF lopen. 

7. Nationale aanpak

Vanuit Finland en Duitsland werden presentaties verzorgd over een nationale aanpak voor adoptie van open leermaterialen. Opvallend daarbij was dat in beide landen is gekozen voor een sectoroverstijgende aanpak, zowel voor de technologie als voor een beleidsmatige invalshoek. Uit de synergie tussen de sectoren (PO/VO/HO) valt daarbij veel van elkaar te leren en profiteren. In Nederland gebeurt de sector-overstijgende samenwerking ook, maar minder op de voorgrond als in Finland en Duitsland. Voor de landelijke platformen geldt dat de interfaces voor de sectoren verschillen, maar onder de motorkap wordt samengewerkt aan dezelfde technologie. Ook op andere thema’s, zoals publieke waarden en professionalisering, wordt kennis uitgewisseld en/of samengewerkt.

Deze thema’s komen terug in de lijst met sessies die wij aanraden om terug te kijken. Niet alle sessies zijn opgenomen, maar er is wel achtergrondinformatie en/of sheets te vinden in het programma 2020 van OEGlobal.

Volgend jaar vindt OE Global plaats in Nantes, Frankrijk. De mogelijkheden om dit event weer geheel online of in een hybride vorm (zowel online als on location) te organiseren zal in de komende periode door de organisatie worden verkend. Wellicht zien we elkaar daar ook weer, of in een terugblik bijeenkomst.

Wij wensen iedereen veel inspiratie bij het terugkijken!

 

 

Auteur

Reacties

Dit artikel heeft 0 reacties