“Driestar educatief biedt verschillende opleidingen, zeven tweedegraads lerarenopleidingen en de opleiding pedagogiek. Vanwege de coronacrisis werden stages gestopt of kregen anders vorm”, blikt Kees terug. “Ondertussen kampten scholen met kinderen met leerachterstanden en zieke docenten. Kunnen we dan niet onze studenten inzetten om deze scholen te helpen? Dat hebben we gedaan. In de laatste maand van het studiejaar gingen onze studenten dus meteen vier weken op stage. De tentamens hebben we hiervoor verschoven, naar de laatste week van dit studiejaar.”
Binnen een halve week online
De ruimte om op een creatieve manier hierover na te denken, kwam pas nadat de overstap naar online al soepel liep. Eerst moesten alle zeilen worden bijgezet om deze transitie mogelijk te maken. Het begon met een klein crisisteam, bestaande uit het college van bestuur, mensen van de facilitaire dienst, communicatie en het onderwijs. Daaromheen vormde zich een tweede ring met het managementteam en uitvoerders. “We deden uiteraard wel wat online, maar dat was relatief weinig. We stelden de kaders op en de docenten hebben daaraan zelf invulling gegeven. Vrijdag werd het definitieve besluit over de fysieke sluiting van de scholen genomen, op dinsdagavond zijn we met de eerste groepen online gestart en woensdag was de hele hogeschool over.”
Realtime hulp
Een rigoureuze stap weliswaar, waarbij stevig werd ingezet op de ondersteuning van docenten, vertelt hij. “Iedereen kreeg realtime hulp, ook al gaf je 5 minuten van tevoren college of zat je zelfs in het college.” Spreekuren werden georganiseerd door onderwijsspecialisten en mensen die de techniek beheersten. Met als doel: docenten helpen de techniek onder de knie te krijgen. Soms klopten tot wel 60 docenten aan. “Als iemand een goed idee had, vroeg ik of degene dat in het volgende inspiratie-uur met alle collega’s wilde delen. Zodat docenten ook elkaar gingen trainen. Dat vond ik fantastisch mooi van die eerste fase. En dat heb ik zelden eerder meegemaakt: de collegiale netwerken die plotseling ontstonden. Je hebt elkaar keihard nodig.”
Online didactiek
Na die eerste maand die bomvol instructies zat, volgde een periode waar ruimte was voor ondersteuning en verdieping. “Al na anderhalve week stuurden we samen met ons onderzoekscentrum vragenlijsten naar collega’s, om te kijken waar bij hen de echte behoefte lag. Nu merkten we dat zij op zoek waren naar meer didactische kennis. Daarom kwamen we met een didactisch online team. Samen dachten we na over welke nieuwe werkvormen er waren, hoe we op maat ook deze ondersteuning konden geven.” Net voor de zomervakantie begon de fase van borging en inspiratie, nog verder gericht op online didactiek.
Tip van Kees:
Zorg voor verbondenheid. Een krachtige manier hiervoor is door best practices en ervaringen met elkaar te delen. Wij starten de week met een weekopening. Deze hebben we nu aangevuld met bijdragen vanuit verschillende organisatieonderdelen. Van het college van bestuur, managers, support tot onderwijsadviseurs en docenten.
Slimme vorm van blended learning
Maar ondertussen kwamen er ook andersoortige uitdagingen. Studenten van de lerarenopleiding konden niet meer stage lopen. De planning van het curriculum moest op de schop. Hoe nu verder? “We beseften al snel dat deze situatie lang zou gaan duren. We hebben een WHY-project opgericht, met de vraag: Waar staan wij voor als opleiding? Hoe kunnen we onze docenten zo goed mogelijk toerusten, waarbij we ook naar het werkveld kijken? Want volledig online onderwijs is nooit ons ideaal geweest. Wij willen een slimme vorm van blended learning, waarin persoonlijke ontmoeting centraal staat. Waarin je de reële, fysieke ontmoeting en de online ontmoeting aan elkaar verbindt en die in een soort optimale mix vormgeeft. Dat lukte nu niet. Veel docenten zeiden tegen mij na verloop van een week of 2, 3 ‘hier ben ik geen leraar voor geworden’. Ik wil wel op zijn tijd met enige regelmaat de student in zijn ogen kijken.”
Weer naar de hogeschool
Roosters werden zo opgebouwd dat elke student een of twee dagen naar de hogeschool kon komen. Weliswaar in kleine groepjes van 12 studenten, waarbij zij de overige dagen online les volgen. Maar zo kon toch worden gewerkt aan een betere blended vorm. De stages konden weer doorgang vinden, maar dan vanuit een ander vertrekpunt: als ondersteuning van de scholen die getroffen waren door de uitval van docenten door de coronacrisis.
Studieboostgroep
Om elkaar op een creatieve manier te inspireren, delen docenten in teamsessies regelmatig mooie voorbeelden. Van interactie met studenten tot het op een nieuwe manier vormgeven van de tentaminering. Maar ook nieuwe inzichten op het gebied van de begeleiding van studenten worden besproken. “We hadden een groep studenten die dreigde uit te vallen. Die studenten kwamen uit verschillende leerjaren en uit verschillende groepen. Wij hebben hen toen in kleine groepjes aan elkaar gekoppeld, in een ‘studieboostgroep’. Zij begonnen de dag met elkaar, deelden studieprogramma’s, hielden intensief contact met elkaar. De studenten hielpen elkaar online met studeren! Dat vond ik een fantastisch mooie ervaring.”
Een reeks uit het Versnellingsplan Onderwijs met ICT
Dit is een interview uit een reeks van 7 interviews die eerder verschenen op de website van het Versnellingsplan Onderwijsinnovatie met ICT. Deelnemers van de zone Faciliteren en professionaliseren van docenten delen hun praktijkervaring én inspiratie voor de ondersteuning van docenten bij onderwijsinnovatie met ICT. Interviews door Hester Otter.
Eerder gepubliceerd:
-
Weer een cursus? Voor professionalisering van docenten zijn er veel meer opties. | Judith Vennix
-
Altijd kritisch blijven nadenken over de inzet van ICT | Ronald Spruit
Het Versnellingsplan Onderwijsinnovatie met ICT werkt aan de kansen die digitalisering het hoger onderwijs in Nederland biedt. De missie van het Versnellingsplan is om binnen de eigen instelling én in samenwerking met andere universiteiten en hogescholen substantiële stappen te zetten op het gebied van digitalisering in het hoger onderwijs in Nederland. Het Versnellingsplan is een samenwerking van de Vereniging van Universiteiten, Vereniging Hogescholen en SURF.
0 Praat mee