Lotte Kips
| Onderwijskundig schrijver @ SURF | community coach en docent @ HvA |… Meer over Lotte Kips

“We denken dat studenten met een rugzak vol leerstrategieën van de middelbare school komen, maar dat is niet zo. Uit onderzoek weten we dat die rugzak behoorlijk leeg is”, aldus Patrick Sins, lector Leren aan de Hogeschool Rotterdam. Veel studenten lopen vast in het vervolgonderwijs, omdat ze niet goed kunnen plannen en moeite hebben met leren. Docenten hebben een belangrijke rol in het aanleren van zelfregulerend leren. Op de Kennisparade van de Hogeschool van Amsterdam gaven Patrick Sins en Andries Vroegrijk hierover een wervelende masterclass.
Patrick: “Zelfregulerend leren is een doelgericht proces. In het geval van de student is dat: kennis en vaardigheden leren binnen een vak. Om bij dat doel te komen maakt de student gebruik van de gereedschappen die in zijn rugzak zitten. En dat doet een student niet alleen, want hij leert ook van anderen, zoals docenten en medestudenten.” Patrick is Lector Leren aan de Hogeschool Rotterdam (HR) en daarnaast werkzaam als lector bij de Thomas More Hogeschool. Collega Andries Vroegrijk is docent en onderzoeker bij het Lectoraat Leren van de HR.
In die rugzak van de student zitten drie strategieën (gereedschappen), namelijk metacognitie, cognitie en motivatie. Patrick: “Metacognitie is als het ware de manager van het leren. Dat houdt in: plannen, doelen stellen, weten welke stappen te zetten en het monitoren van de voortgang. Cognitie omvat de leerstrategieën en het verwerken van informatie, kortom: het leren leren. Motivatie is de motor van dit alles, hieronder vallen aspect als jezelf motiveren, belonen, de mindset, taakwaardering en zelfvertrouwen.”
Waarom is zelfregulerend leren zo belangrijk, en wat moeten docenten daarmee? Patrick legt uit: “Uit onderzoek blijkt dat studenten die hun rugzak met gereedschap goed kunnen inzetten, meer en beter leren en met meer motivatie. Niet alleen in het heden, maar ook in de toekomst. Bovendien blijkt dat als je studenten in het onderwijs een aanpak biedt waarbij ze hun rugzak vullen én leren gebruiken, ze uiteindelijk ook meer en beter gaan leren.” En dat is waar de docent in beeld komt, zo vertelt Patrick: “Onthoud: zelfregulerend leren kun je niet zelfregulerend leren. Dat wordt je aangeleerd. In de praktijk betekent het dat docenten expliciet moeten voordoen hoe je het leren aanpakt.”
Veel docenten in het vervolgonderwijs denken dat studenten hebben leren leren op de middelbare school en basisschool. Dat is niet zo, blijkt uit onderzoek. Een Australische studie toonde aan dat leerlingen gedurende hun middelbare schooltijd geen nieuwe leerstrategieën ontwikkelen. Patrick herhaalde het onderzoek op het voortgezet onderwijs in Nederland en de resultaten waren (helaas) grotendeels vergelijkbaar met het Australische onderzoek. Aan het einde van de middelbare school is de rugzak die zelfregulerend leren heet dus onvoldoende (bij)gevuld om effectief te leren in het vervolgonderwijs. Met als gevolg dat studenten bijvoorbeeld niet goed kunnen plannen en moeite hebben met leren.
Vraag je docenten wat de slechtste leerstrategieën zijn dan noemen ze vrijwel allemaal strategieën zoals stukken tekst onderstrepen of de tekst herlezen. Opvallend genoeg geven studenten aan dat ze die strategieën het meest te gebruiken om te leren. Wat zijn dan wel effectieve leerstrategieën? Aantekeningen of een mindmap maken bijvoorbeeld, omdat je actief moet nadenken over de leerstof en er iets mee moet doen. Andere effectieve strategieën zijn volgens Andries en Patrick: jezelf toetsen, herhaling en voorkennis activeren. Andries: “Het activeren van voorkennis is heel belangrijk, daarmee spin je als het ware een web, waaraan je informatie gaat vastplakken. Zodat het straks echt jouw kennis is.”
“We weten eigenlijk wel wat goede leerstrategieën zijn, maar we vergeten soms om ze aan te bieden bij ons verhaal”, aldus Andries. Hij vertelt over een opleiding Fysiotherapie waar docenten samen in een mum van tijd talloze leerstrategieën bedachten waarmee studenten de werking van de knie konden leren. In de praktijk ziet Andries echter dat docenten vaak gebruikmaken van ‘blinde training’, oftewel: impliciete instructie. Andries: “Daarmee zeg je eigenlijk tegen studenten ‘ga maar plannen’, in hoop dat ze de strategie vanzelf oppikken.” Een zeer inefficiënte manier van leren, zo blijkt uit onderzoek. Hoe dan wel? Andries: “Ondertitel het leerproces. Zelfregulerend leren kunnen studenten niet alleen leren; observeren en imiteren zijn essentieel voor het leerproces.” Laat studenten daarom zien hoe jij een planning maakt en benoem wat je doet.
Leren gaat dus niet vanzelf. In plaats van impliciete instructie wil je studenten directe ondersteuning bieden bij het leren leren. Expliciete instructie geven over leer- en zelfregulatiestrategieën, hoe pak je dat aan als docent? Bij het lectoraat Leren van de HR is een ezelsbruggetje ontwikkeld voor expliciete instructie: WoW, Wat Handig! Het is gebaseerd op kennis uit wetenschappelijk onderzoek en houdt in: geef studenten informatie over een strategie (Wat), vertel ze wanneer ze deze in kunnen zetten (Wanneer), benoem de voordelen ervan (Waarom) en doe voor hoe je de strategie toepast (Hoe).
Belangrijk daarbij is dat de expliciete instructie plaatsvindt tijdens de reguliere lessen, binnen de context van het vak. Studenten zien tijdens de uitleg hoe ze een strategie kunnen toepassen en wat daarvan de voordelen zijn - de rugzak wordt gevuld. Via observeren, imiteren en controleren leert de student op die manier uiteindelijk zelf reguleren. De koning van de expliciete instructie? Dat is schilder Bob Ross, aldus Andries en Patrick. Ross, beroemd geworden met zijn ‘happy trees’, laat als geen ander zien wat hij doet en waarom hij dat doet. Daar kunnen we als docenten nog wat van leren.
Foto door Possessed Photography via Unsplash
| Onderwijskundig schrijver @ SURF | community coach en docent @ HvA |… Meer over Lotte Kips
0 Praat mee