Marij Veugelers
Passie voor vernieuwingen in het onderwijs is de rode draad in mijn leven. … Meer over Marij Veugelers
De meerwaarde van een fysieke academische omgeving
Het was voor mij de eerste keer dat ik het congres heb gevolgd en ik ben aangenaam verrast: hoe leuk om met verschillende disciplines samenkomen op dit belangrijke onderwerp!
Tijdens het congres is mijn beeld vooral bevestigd hoe belangrijk fysieke onderwijsruimtes zijn. Covid 19, heeft ons te meer doen realiseren wat de meerwaarde is van een fysieke academische omgeving: uitwisseling, interactie en het vormen van een community. Voor veel onderwijsinstellingen zullen onderwijsruimtes moeten worden aangepast, waarbij we (nog meer) een afname gaan zien in de theateropstellingen en een toename van collaborative spaces, zodat de tijd 'on campus' zo goed mogelijk benut kan worden. Hierbij is niet de techniek leidend, maar de didactiek. De universiteit van Glasgow gaf aan hoe zij studenten hebben betrokken in het proces van hun campusvernieuwing en dit gaf hun een heel basaal maar zinvol perspectief op de onderwijsruimte: de aanwezigheid van koffie, stopcontacten, een magnetron en kluisjes zijn de ingrediënten die het voor studenten al een plek maakt om graag te komen. De communicatie met studenten, maar zeker ook met docenten is iets wat ik meeneem voor de ontwikkeling van de onderwijsruimtes bij de Universiteit Twente.
Martine ter Braack, onderwijskundige, University of Twente
Wat in COVID tijd te doen; als facilitaire organisatie en als docent
Ik was verrast over de goede kwaliteit van dit congres. Twee dagen lang van ochtends tot ‘s avonds online vond ik van tevoren erg lang. Maar in de praktijk heb ik het eenvoudig weten vol te houden.
Ik was vooral geïnteresseerd in COVID.
Vanuit dat perspectief sprongen er voor mij persoonlijk twee presentaties uit: KU-Leuven en University of Copenhagen.
KU-Leuven heeft in zeer korte tijd een strategie, plan en uitvoering weten te realiseren in corona tijd. Een roadmap om in alle 300 zalen het hybride werken te introduceren, het trainen van docenten voor hybride onderwijs en het totaal concept rondom de onderwijszalen in coronatijd. En dat alles in ongeveer een half jaar !!!
Lis Lak Risager van UCPH (Copenhagen) had een down-to earth verhaal over de samenwerking tussen didaktiek en techniek in COVID-tijd. “Lis Lak learned us what blended really means”. Camera gebruik door studenten: verplicht ? beleid ? engagement ?
Ik heb daar ook een nieuw woord geleerd: “ICT-didactiek”. Lijkt me geweldig om dat gebied verder te onderzoeken.
Laatste waar ik ook van genoten heb, was de workshop van Anna Donato (Technical University of Munich).In een paar minuten heeft ze mij laten zien hoe je studenten kunt “ontdooien” om online actief mee te doen. Door wat spelletjes met de camera en de Mural tool ontstond er een geweldige online interactie in een groep van 80 deelnemers.
Frank Snels , Informatiemanager University of Twente
Relevante quotes en mentale kuitenbijters
Quotes/stellingen die ik relevant vond:
- If you can assess online, you can teach online.
- We no longer need to focus on multifunctional buildings. We need more (mono)functional and centrally managed buildings for technology-enabled learning spaces.
- Thanks to Covid-19, learning had escaped from boxes.
- Teaching is a formalized way of learning: no less, no more (toegegeven: dat was vooral wat ik wilde horen, maar het kwam toch dicht in de buurt J)
Mentale kuitenbijter: Hoe groepswerk, afstandsonderwijs en multicampusonderwijs optimaal met elkaar verzoenen? En wat betekent dat voor onze leerruimtes in een covid-vrije toekomst?
- Ga je groeperen op basis fysieke nabijheid (groepswerktafels campus A, groepswerktafels campus B) en eventuele individuele studenten op afstand groeperen in virtuele breakouts (C)?
- Overstijg je de fysieke nabijheid en laat je groepen virtueel samenwerken in breakouts en online samenwerkingsplatformen? Dan volstaan eigenlijk traditionele leerruimtes, cf. Virtual Learning Lab (Duncan Peberdy).
- Andere opties? Moet ik nog even nadenken…
Peter Verbist, Project manager Learning Spaces en Head of Agora Learning Centre, KULeuven
Bij nieuwbouw en renovatie gaat esthetiek voor didactiek en dat moet echt anders worden.
Wat mij is opgevallen tijdens de virtuele Learning Spaces summit …
Het was een breed pallet aan onderwerpen en sprekers, maar het was duidelijk dat COVID-19 voor elk deelgebied sporen heeft nagelaten. Daarbij ging het met name over de transformatie van fysiek naar online doceren om straks te eindigen in meer hybride doceeromgevingen. De lastige vraag bleef natuurlijk in welke vorm dat zal zijn. Techniek aanschaffen en het onderwijs daarop laten aanpassen is niet de correcte weg, maar de situatie van het afgelopen jaar gaf geen andere keus. Nu staat menigeen voor de opgave hoe de hybride werkvormen in te richten met de juiste mix van (onderwijs)ruimte en techniek.
Tegelijkertijd werd aangegeven dat informele leeromgevingen erg belangrijk zijn en heel graag behoorlijk uitgebreid dienen te worden. Dat werd gevoed door het gewenste sociale contact dat de meeste studenten dit jaar zo misten.
De eigen bijdrage over leesbaarheid en zichtlijnen met onze applicatie https://tudesc.com/ probeert de kwalitatieve aspecten van fysieke onderwijsruimten tastbaar te maken. Ook Professor Stephen Heppell wees op kwalitatieve aspecten zoals licht en klimaat, die over het algemeen nogal onder de maat zijn. Het is ons opgevallen dat bij nieuwbouw en verbouwprojecten de fysieke aspecten, specifiek benodigd voor de betreffende onderwijspraktijk in die ruimte, zo ‘onzichtbaar’ bleven. Over het algemeen gaat esthetiek voor didactiek en dat moet echt anders worden. Wij hopen dat door het gebruik van onze interactieve Education Space Configurator dat inzicht begint te ontstaan en het onderwijs de inrichting gaat bepalen in plaats van de opdrachtnemer.
Piet van der Zanden, Education Expert AV-IT in Learning Spaces, TU Delft
De nieuwe digitale toepassingen in combinatie met inrichting
Mijn impressie nav de summit afgelopen zomer.
Divers programma met diversiteit in programma en kwaliteit van de sprekers. Ik heb hier en daar leuke ideeën opgestoken en raakte geïnspireerd van de verhalen van de meeste sprekers. Met name de nieuwe digitale toepassingen in combinatie met inrichting vind ik zeer interessant. Ook de verhalen van nieuwe ontwikkelingen waar de gebruikers (studenten en medewerkers) actief hun inbreng in hadden, spreken mij erg aan.
Ik vond het jammer dat er amper aanpassingen waren aan de digitale vorm. De summit werd gehouden alsof we er fysiek bij waren. Het had wat mij betreft meer actiever gekund, met een selectie van een aantal sprekers met kortere presentaties en meer ruimte voor actief contact onder elkaar.
Nu dat niet zo was, is 2 dagen achter elkaar wel heel erg lang. Gelukkig waren wij met 4 mensen van de UB Maastricht erbij en zaten we gezamenlijk in een zaal en hadden we onze eigen interactie incl. een nazit met borrel J.
Wat ik erg leuk vond, waren de intermezzo’s tussen de presentaties om gezamenlijk informatie en ideeën uit ter wisselen. Dat had wat meer gekund. Maar dat is misschien iets voor de volgende keer.
Dan ben ik er weer graag bij.
Carin Klompen, Afdelingsmanager Bibliotheeklocaties- en services
Universiteitsbibliotheek Maastricht
Verslag van de voorzitter
De voorzitter van het congres Mark Swales heeft een summary geschreven van alle presentaties dat een goed beeld geeft van de breedheid van dit congres.
0 Praat mee